P&Q

P&Q

Stefaan Durft!

Het corona-virus onderlijnt het belang van strategische voorraden en eigen lokale productie.

We moeten economisch anders durven denken. De huidige gezondheidscrisis
noopt tot een krachtdadig beleid, niet enkel over de partijgrenzen heen, maar ook binnen de partijen!
Globalisering bereikt zijn limieten

Ons economisch systeem is gericht op een zo hoog mogelijke efficiëntie. Goederen en diensten moeten geleverd worden tegen de laagst mogelijke kosten, bij voorkeur “just in time” want dan wordt bespaard op de kosten van voorraadbeheer. Van waar het komt (ecologische voetafdruk), wie het maakt (kinderarbeid, sociale uitbuiting,….) en welke kwaliteit afgeleverd wordt heeft minder belang, we leven nu eenmaal in een geglobaliseerde wereld.

De ecologische (klimaatopwarming) en andere uitdagingen (economische migratie, vluchtelingen op zoek naar een beter leven) zijn actueel maar er is “no sense of urgency”, of het zijn vooral andere niveaus die hiervoor verantwoordelijk zijn…

En dan is er het corona-virus, niemand zag dat het “zeer snel” zou komen, zeker niet met dergelijke draconische effecten op ons land. De gevolgen “zouden” wel meevallen….. Niet dus!

Vandaag blijkt dat er geen strategische voorraad is van mondmaskers. Ons systeem met verplichte openbare aanbestedingen om die tegen de laagste kost geleverd te krijgen faalt. Gelukkig hebben wij in België wel nog een strategische reserve aan ziektebedden. Maar als tegelijk dokters en medisch personeel ziek worden dan is er geen goede doorstroming in de behandeling van de patiënten. We riskeren dan zonder beademingstoestellen te vallen en misschien komen we dan toch nog bedden tekort.

Intussen slaat de angst toe, mensen gaan van alles hamsteren, de beurzen krijgen forse klappen en is België haast volledig in lockdown. Het openbare leven valt stil.

Strategisch Belgisch, Eigen Korte Keten
De corona-crisis toont aan dat het voor een land van strategisch belang is om voor bepaalde producten en diensten niet afhankelijk te zijn van het buitenland. Bij een crisis is het elk land voor zich, wie dan niet zelf kan produceren heeft duidelijk een probleem. Zelfs binnen Europa is er geen coördinatie. Kennelijk denkt men in België alleen aan energie-bevoorrading (dan nog zwaar afhankelijk van buitenlandse spelers) zodat een debat hieromtrent zich opdringt.

Maar bij uitbreiding moeten wij ons, mede in het licht van de maatschappelijke uitdagingen, ook de vraag durven te stellen of wij (zonder formele handelsbelemmeringen op te werpen) niet beter wat meer Belgisch kopen. Alle e-commerce kooptoestanden buiten onze grenzen verarmen ons land, zetten de lokale kleinhandel en onze mooie winkelstraten onder druk, en zijn een aanslag op ons milieu.

Zoveel mogelijk productie en verkoop in de nabijheid van de afzetmark – de zogenaamde korte keten – moet fors aangemoedigd en met tools ondersteund worden waarbij de politiek (schrappen van hinderlijke regelgeving), zelfstandigen, boeren, consumenten en buren samenwerken om zoveel mogelijk bruto lokaal product binnen de grenzen van Smart Country Belgium te houden. Onze eigen voeding produceren is evenzeer van strategisch belang.

Ook voor het milieu moet de draaicirkel van de consument dichter rond ons eigen Markt- of Dorpsplein. Vier paar schoenen bestellen in vier verschillende kleuren thuis gebracht door koeriers – waardoor wij allemaal in de file staan en wij rekeningrijden riskeren – om dan de definitieve keuze te maken en de andere drie dozen terug te sturen is toch te gek voor woorden. Dit is verre van economisch en op de website misschien gratis, maar toch krijgt iedereen op één of andere andere manier ooit de rekening gepresenteerd.

En toch is er hoop: Zonder het zelf te beseffen doet de consument reeds de mondialisering vertragen. Omdat alles snel, sneller moet gaan, brengt de consument de productie vanuit de Chinese fabriek en andere goedkope loonlanden beetje bij beetje terug naar Europa, maar nog te weinig naar ons eigen land (bij gebrek aan flexibel werken zitten de logistieke centra te vaak net over de grens, bijvoorbeeld in Nederland en schenken wij de BTW op aankopen van consumenten aan Nederland). Immers, nieuwe technologieën (digitalisering, robots, 3D-printing, ….) doen het voordeel van de goedkopere productie in de lage-loon-regio’s grotendeels teniet. Productie en verkoop in de nabijheid van de afzetmarkt zit daarom terug in de lift en vermindert het aantal containerschepen die weken onderweg zijn.
Prioriteit voor de volksgezondheid
De economische en financiële gevolgen van het corona-virus zijn hoog. Gelukkig krijgt de regering Wilmès volmachten om de crisis verder én met hoge urgentie aan te pakken. “Overmacht” speelt, derhalve is het verstandig de regeringsvorming uit te stellen zodat de bestaande vakministers de focus kunnen leggen op de oplossingen die zich vandaag opdringen.

Hoe penibel het ook gesteld is met onze begroting (tekort van 13,5 miljard euro, 2,77% van het BBP), de absolute prioriteit is de gezondheid van onze bevolking. Dit moet absoluut voorrang krijgen en het geld dat hiervoor moet besteed worden dient vrijgemaakt. Er is geen andere keuze: Het virus (met nog tal van wetenschappelijke onzekerheden) moeten wij onder controle krijgen. Mocht dit niet lukken zijn de kosten niet te overzien en zijn de economische gevolgen nog groter.

Onze Belgische economische groei werd voor de corona-crisis geraamd op 1,10%. In werkelijkheid zal de corona-schok de ganse wereld én België in een recessie duwen. Iedereen wordt getroffen maar vooral bij de sectoren HORECA, toerisme, bioscopen, events en retail winkels zal dit veel harder zijn. Sommigen (restaurants en cafés) zitten enkele weken zonder inkomsten terwijl de kosten doorlopen. Reizen en events zijn geannuleerd, nieuwe vliegtuigtickets worden nauwelijks verkocht. Sommige bedrijven zullen in de problemen komen om hun kredieten afgelost te krijgen of hun kredietafspraken niet kunnen houden met hun bankiers omdat de schuldratio beter moet.

Het is dan ook essentieel dat de overheid de kwetsbare doelgroepen in kaart brengt en onmiddellijk met cash ondersteunt, niet alleen om falingen te vermijden maar ook omdat door een gebrek aan koopkracht men anders in de armoede sukkelt en de economie dichtklapt.

Maar ook de overige ondernemers en retailers die verplicht moeten sluiten op zaterdag (én zondag waar van toepassing) zullen onvermijdelijk verlies slikken en verdienen aandacht voor compensatie.

En wat doen wij met de mensen in de zorgsector? Ze zijn onze grootste reddingboei. Ook zij, die zich blijven ter beschikking stellen om anderen te helpen met alle risico’s voor zichzelf, verdienen een passende financiële erkenning. Immers, de specialisten zijn duidelijk: Indien de verwachte piek niet voldoende afgevlakt kan worden, dat stevenen we af op een groot probleem met beschikbaarheid van ménsen. Hetzelfde voor apotheken en voedingswinkels die verwacht worden open te blijven. Wat doet de overheid wanneer deze medewerkers onzeker en bang zijn?
Flankerende maatregelen voor de hardst getroffenen zijn noodzakelijk
Voor de HORECA zijn er reeds een reeks flankerende maatregelen aangekondigd. Deze maatregelen worden nu in grote lijnen uiteengezet maar exacte procedures en modaliteiten zijn er nog niet. Evenzeer is een snelle uitbetaling belangrijk met duidelijk engagement vanwege de overheid over de maximale doorlooptijd van een dossier.

Een duidelijke en goede maatregel is dat iedere werknemer onmiddellijk op tijdelijke werkloosheid kon worden geplaatst tijdens de periode van verplichte sluiting. Die maatregel werd helder gecommuniceerd en ook de aanvraag kon onmiddellijk digitaal gebeuren. Bovendien werd de uitkering verhoogd van 65% naar 70%.

De Vlaamse regering voorziet een forfaitaire vergoeding van 4.000 EUR voor elke onderneming welke verplicht dichtgaat. Mevr. Crevits, volgende vragen hieromtrent:
  1. Meer en meer HORECA-uitbaters hebben als zelfstandige of onder één vennootschap met hetzelfde BTW-nummer meerdere restaurants en/of cafés die worden uitgebaat. Zullen zij de forfaitaire vergoeding dan ook voor al hun uitbatingen, zoveel keer als er uitbatingen zijn, ontvangen?
  2. Restaurantkeukens kunnen open blijven voor leveringen aan huis of take a way. Het restaurant zelf met verbruikszaal ter plaatse moet gesloten blijven. Blijven betrokken uitbaters in aanmerking komen voor de forfaitaire vergoeding?

Er is op vandaag nog steeds geen procedure bekend bij VLAIO. Een aanvraag kan evenmin ingediend worden.

Federaal is er sprake van vrijstelling van één kwartaal sociale bijdragen voor de getroffen zelfstandig bedrijfsleiders. Mevr. De Block, volgend vragen hieromtrent:

Als het een variant wordt op art. 17 van het KB nr. 38 van 1967 dan wordt dit ganse papierwinkel, maar wie dan vrijstelling krijgt verliest voor dit kwartaal zijn pensioenrechten. Zij/hij kan het betrokken kwartaal later terug opvissen en dan betalen, maar dan is er geen sprake van vrijstelling maar betalingsuitstel.

Wat wordt het nu? En kan het niet eenvoudig worden gehouden door gewoon aan de bedrijfsleider HORECA terugbetaling te doen van de betaalde bijdrage Q1/2020 door zijn sociaal secretariaat?

Er zijn HORECA-uitbaters die – ook al werken ze voltijds in hun restaurant/café – bijkomstig een mandaat hebben in andere vennootschap, bv. een familieholding of als derde Bestuurder in naamloze vennootschap. Kan u bevestigen dat alle zelfstandigen en bedrijfsleiders waarvoor hun onderneming aangemeld staat als restaurant-uitbating (in de kruispuntdatabank) effectief in aanmerking komt voor de maatregel ongeacht andere mandaten?

De schade die de HORECA zal lijden is rampzalig hoog. Ook de andere sectoren en doelgroepen die buitensporig schade ondervinden dienen zoals reeds aangegeven tegen het licht gehouden met het oog op compensatie.

De zogenaamde flankerende maatregelen zijn een druppel op een hete plaat als er volledige alignering zal gebeuren met de reeds bestaande systemen. Laat ons dan ook nog vermijden dat ze in de uitwerking van de modaliteiten geen “kat in een zak” blijken te zijn.

Binnen een partij als Open Vld moet alle energie nu gekanaliseerd worden op het nationale belang om de CORONA-crisis in te dammen en de impact op de economie te beperken. Kan Open Vld ook niet de voortrekkersrol spelen om alle mensen in de gezondheidszorg (van verpleegkundige tot apotheker) via bijvoorbeeld een fiscaal vrijgestelde ‘gevarenpremie’ méér dan alleen maar morele appreciatie te bieden? Is een pakket steunmaatregelen voor ondernemers én hun in personeel in de voedingsdetailhandel ook niet aangewezen? Zij staan dag in dag uit in voor de (levens)noodzakelijke bevoorrading van éénieder in ons land.

Om de regering te helpen de flankerende maatregelen tot een werkbaar model te maken stelt Stefaan Nuytten zijn kennis als boekhouder en ondernemer ter beschikking om de getroffen sectoren te begeleiden in deze moeilijke periode. Volg het onderwerp, maatregelen en te volgen procedures met deadlines op www.nuytten.be

 Stefaan Nuytten

 Kandidaat Voorzitter Open-VLD
www.nuytten.be
stefaan@nuytten.be